Update telewerkers

Lokale contactpersoon

Rianne van Halem

9 juni 2023
Onderwerp Tax updates
Categorieën Belasting

Minister Van Gennip gaat uitgebreid in op de recente ontwikkelingen voor grensarbeiders op het terrein van de sociale zekerheid en de fiscaliteit. In haar brief van 6 juni 2023 geeft de minister aan dat zij die dag namens Nederland de Europese Kaderovereenkomst inzake sociale zekerheid heeft ondertekend. Wij hebben de belangrijkste punten uit de brief voor u samengevat.

Huidige aanwijsregels sociale zekerheid

Binnen de EU, EER en Zwitserland wijst de Europese Verordening 883/2004 inzake sociale zekerheid de toepasselijke socialezekerheidswetgeving aan voor mensen waarvan de arbeidsrelatie een internationaal karakter heeft. Een individu kan slechts in één land sociaal verzekerd zijn. De hoofdregel daarbij is dat iemand onderworpen is aan de sociale zekerheid in het land waar hij/zij werkt. Er bestaan bijzondere regels voor mensen die in twee of meer lidstaten werken. Voor degene die naast de werkzaamheden in de lidstaat van de werkgever, ook werkzaamheden vanuit het thuisland verricht, geldt dat zij sociaal verzekerd zijn in het woonland indien zij een substantieel gedeelte van hun tijd (dat wil zeggen: 25% of meer van de totale arbeidstijd) in het thuisland werken.

Door de opkomst van het thuiswerken, zijn er meer werknemers voor wie de omslag van het ene socialezekerheidsstelsel naar het andere stelsel in beeld komt. Dit brengt een verschil in premiedruk met zich mee, maar brengt vooral een hogere administratieve druk voor werkgevers met zich mee. In de meeste landen is een werkgever namelijk verplicht zich te registreren en een (loon)administratie te voeren voor de afdracht van socialezekerheidspremies, ook als de werkgever zelf niet in dat land is gevestigd. Deze hoge administratieve lasten kunnen werkgevers ertoe doen besluiten om grenswerkers zeer beperkt toe te staan om thuis te werken. Ook kan het belemmerend werken bij het werven of behouden van personeel vanuit het buitenland.

Neutralisatie vanaf de coronapandemie

Tijdens de coronapandemie is in de EU de afspraak gemaakt dat de socialezekerheidspositie van werkenden zou worden vastgesteld op basis van het werkpatroon in de periode voorafgaand aan de pandemie. Deze afspraak gold tot 1 juli 2022. Vervolgens is een "transitieperiode" overeengekomen van 1 juli 2022 tot 1 juli 2023. Tijdens deze periode leidt telewerken in een andere lidstaat niet tot een wijziging van de toepasselijke socialezekerheidswetgeving. De Administratieve Commissie heeft een "ad hoc groep telewerken" ingesteld, met als taak na te denken over tijdelijke en structurele oplossingen met betrekking tot internationaal telewerken. 

Aanpassingen in de aanwijsregels sociale zekerheid

De werkgroep heeft in maart 2023 een rapport opgeleverd met een aantal voorstellen. Onderscheid wordt gemaakt tussen structureel telewerken en incidenteel telewerken. 

Structureel telewerken: lidstaten die structureel telewerken willen faciliteren kunnen zich aansluiten bij de multilaterale kaderovereenkomst. In deze kaderovereenkomst is opgenomen dat werknemers tot 50% van de totale arbeidstijd kunnen telewerken, zonder dat ze daardoor in hun woonland sociaal verzekerd raken. Andersom moet ten minste 50% van de totale arbeidstijd fysiek gewerkt worden in de vestigingslidstaat van de werkgever. 

De kaderovereenkomst treedt op 1 juli 2023 in werking tussen de ondertekenende lidstaten. Op dit moment hebben naast Nederland ook Duitsland, Zwitserland, Tsjechië, Liechtenstein en Luxemburg de kaderovereenkomst getekend. Andere landen hebben kenbaar gemaakt de kaderovereenkomst te zullen ondertekenen. Dit zijn België, Oostenrijk, Slowakije, Ierland, Litouwen, Estland, Noorwegen, Malta, Portugal en Polen. Het Verenigd Koninkrijk zal niet aansluiten bij de kaderovereenkomst.

Wie gebruik wil maken van de kaderovereenkomst, moet een aanvraag indienen bij de autoriteit van het land waar de werkgever is gevestigd (voor Nederland de SVB). Zonder dergelijke aanvraag zijn de reguliere regels van toepassing. Nederland zal een apart aanvraagformulier gebruiken, wat vanaf 1 juli 2023 digitaal beschikbaar is. Er moet rekening mee worden gehouden dat de verwerking van de aanvragen onder de kaderovereenkomst enige tijd in beslag zullen nemen. 

Incidenteel telewerken: hieronder wordt verstaan het tijdelijk werken vanaf een andere locatie, bijvoorbeeld tijdens een "workation’" De werknemer die normaal in een lidstaat werkt, reist naar een andere lidstaat voor een tijdelijke combinatie van vakantie en telewerken. Lidstaten kunnen incidenteel telewerken faciliteren door het vastleggen van interpretatieve afspraken over de detacheringsregels uit Verordening 883/2004. Als aan de voorwaarden van een detachering wordt voldaan, blijft volgens het voorstel de socialezekerheidswetgeving van de uitzendende lidstaat van toepassing. Dit voorstel zal naar verwachting worden aangenomen in een vergadering van de Administratieve Commissie op 21 en 22 juni 2023. 

Fiscaliteit

Waar een grenswerker belast is, is afhankelijk van waar hij fysiek werkt. Dubbele belastingheffing wordt voorkomen middels belastingverdragen.  

Anders dan bij de sociale zekerheid, kan een werknemer in meerdere landen belasting betalen; er wordt dan een splitsing gemaakt tussen het woonland en het werkland (of meerdere werklanden). 

Het kabinet richt zich op een tweetal fiscale matregelen om thuiswerken door grenswerkers te faciliteren. 

  1. Nederland wil graag een thuiswerkmaatregel voor grensarbeiders opnemen in bilaterale belastingverdragen. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht aan een drempelregeling waarbij tot een bepaald aantal dagen thuisgewerkt kan worden zonder verschuiving van het heffingsrecht naar de woonstaat. Nederland zou hier bij voorkeur aansluiting zoeken bij de sociale zekerheid. 
  2. Nederland zou graag meer zekerheid bieden over het niet-bestaan van een vaste inrichting van de werkgever als gevolg van thuiswerken over de grens. Het ontstaan van een vaste inrichting zal namelijk voor de werkgever tot administratieve verplichtingen leiden in het woonland van de werknemer, zowel voor de vennootschapsbelasting als voor de loonbelasting. Dit is iets dat voor de werkgever als belemmerend kan worden ervaren om thuiswerken over de grens toe te staan.

Nederland wil deze plannen in de eerste plaats met buurlanden België en Duitsland bespreken. Daarnaast zet Nederland zich actief in om de discussie over deze onderwerpen te voeren in breder internationaal verband op OESO- en EU-niveau. Met de buurlanden zijn al meerdere overleggen geweest, maar tot nu toe is daarbij geen overeenstemming bereikt over een aanpassing van de belastingverdragen.

Nederland en België werken ook aan een verduidelijkende overeenkomst (geen verdragsaanpassing) over het ontstaan van een vaste inrichting als wordt thuisgewerkt. Naar verwachting kan de drempel die werkgevers nu ervaren om hun medewerkers thuis te laten werken hiermee in veel gevallen worden weggenomen. Nederland zet er daarom op in om deze overeenkomst zo spoedig mogelijk af te ronden.

Schrijf u hier in voor onze fiscale nieuwsbrief

Blijf altijd up-to-date over fiscale ontwikkelingen: schrijf u hier in voor een van onze Tax nieuwsbrieven.