1. Wat zijn netto-nul en de netto-nultransitie?
“Netto-nul is het punt dat wij als samenleving bereiken op het moment dat al onze uitstoot onvermijdbaar is en we die vervolgens compenseren door evenveel emissies uit de lucht te halen. De reis om die status te bereiken, noemen we de netto-nultransitie. Dat klinkt heel simpel, maar tot ongeveer drie jaar geleden is er flink wat discussie geweest over de definitie van netto-nul. Met de komst van het Science Based Target initiative (SBTi) is gelukkig wel sprake van een eenduidige opvatting.”
2. Welke rol spelen financiële instellingen en pensioenfondsen in deze transitie?
“Een cruciale rol. Ze kunnen vanzelfsprekend kijken naar de samenstelling van hun eigen portfolio en daarbij kiezen voor bedrijven die actief deelnemen aan de energietransitie. Maar ook: de financieringsmogelijkheden beperken voor activiteiten of organisaties die niet beschikken over een robuust transitieplan. En aanvullende voorwaarden stellen als ze leningen verstrekken. Andersom kunnen ze de financiering intensiveren aan partijen die zich wel conformeren aan netto-nul-businessmodellen en geld steken in startups die een bijdrage leveren aan de energietransitie.”
3. En hoe kunnen de leiders van financiële instellingen een bijdrage leveren?
“Door te focussen op langetermijnwaardecreatie. Dat vraagt van hen dat zij de kansen en risico’s van klimaatverandering en de energietransitie helder in beeld hebben. Maar ook dat zij daar transparant en geloofwaardig over kunnen communiceren. Greenwashing is een reputatierisico dat keihard wordt afgestraft. Bestuurders moeten daarnaast waken voor greenwishing, doelstellingen verkondigen zonder bewijs dat die haalbaar zijn. Op greenhushing – totaal over duurzaamheidsinitiatieven zwijgen – zit helemaal niemand te wachten.”
4. Zie je verschillen in de aanpak en urgentie van decarbonisatie bij organisaties in de Nederlandse markt in vergelijking met de internationale markt?
“Perceptie speelt daarbij een rol. Van internationale contacten uit vooral Amerika en Azië-Pacific hoor ik regelmatig dat zij de Nederlandse financiële sector beschouwen als voorloper in vergroening. Verder zien we verschillen in geografische markten. De hoeveelheid groene stroom die in China opgewekt wordt, is gigantisch. In Amerika is een budget van 1,4 biljoen dollar beschikbaar voor infrastructuur om de energietransitie te stimuleren. In Nederland zijn we intussen ook goed in beweging. De capaciteit van Nederlandse wind- en zonneparken is de afgelopen jaren enorm gestegen. In april dit jaar was 72 procent van alle opgewekte elektriciteit afkomstig van hernieuwbare bronnen. Dat is echt een mijlpaal, want een jaar geleden was dat nog maar 52 procent.”
5. Hoe zie je het landschap van de netto-nultransitie en decarbonisatie evolueren in de komende vijf tot tien jaar?
“Er bestaat nog steeds geen perfecte berekening van uitstoot. Bedrijven en instellingen zullen betere inzichten moeten genereren, zodat ze hun uitstoot, doelstellingen en initiatieven scherper kunnen definiëren. Het moet consistenter en verfijnder, onder andere met behulp van bijvoorbeeld AI. Ruim tweehonderd Nederlandse organisaties hebben zich gecommitteerd aan het SBTi. Dat lijkt een flink getal, maar dat moet echt fors omhoog.”