Concreet betekent dit dat beslissingen worden genomen op basis van zorgvuldig en weloverwogen gebruik van het beste beschikbare bewijs uit diverse bronnen. Dit omvat het systematisch zoeken, vergarenen en beoordelen van bewijs, de toepassing ervan in het besluitvormingsproces, en de evaluatie van het resultaat van de genomen beslissing (Barends, et al., 2014).
Haalbaarheid en wenselijkheid van fusiebeslissingen
In het geval van lokale besturen die een mogelijke fusie overwegen, passen we deze vier elementen toe. We onderzoeken of een fusie de bestuurskracht van lokale besturen vergroot en beoordelen de haalbaarheid en wenselijkheid ervan. We betrekken zowel burgers als medewerkers op een participatieve manier om te bepalen of een fusie voor hen haalbaar en wenselijk is.
In wat volgt lichten we de werkwijze toe waarmee we lokale (fusie)gemeenten ondersteunen bij het maken van een goed onderbouwde keuze. We benadrukken hoe deze vier bronnen onze aanpak en besluitvorming informeren.
1. Bevindingen uit wetenschappelijk onderzoek
Onze cijfergedreven bestuurskrachtanalyse is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek vanuit het Instituut voor de Overheid (Van Orshoven, De Peuter, Bouckaert, Van Dooren, & Voets, 2015) en duidt de verhouding tussen endogene en exogene factoren van een lokaal bestuur en bepaalt het evenwicht tussen de middelen en de opdrachten van een lokaal bestuur. Dit onderzoek dient als basis voor onze indicatorenset en biedt een gedetailleerd inzicht, zowel kwantitatief als kwalitatief, in de bestuurskracht (of de capaciteit en uitdagingen) van de lokale besturen.
We analyseren indicatoren in verschillende domeinen om de impact op de bestuurskracht te begrijpen. We onderzoeken of een fusie de capaciteit versterkt ten opzichte van de complexiteit van de opdracht. Als de capaciteit sterker toeneemt dan de opdrachtcomplexiteit, verbetert de bestuurskracht.
2. Gegevens en data verzameld bij de organisatie
Het tweede aspect omvat informatie die afkomstig is van de organisatie zelf. Interne gegevens kunnen bestaan uit 'harde' feiten, zoals personeelsgegevens en financiële informatie. Deze gegevens worden omgezet in meetbare indicatoren en vervolgens geanalyseerd met behulp van de bestuurskrachtanalysetool.
Deze indicatoren worden in de loop der tijd met elkaar en met benchmarks vergeleken, zoals het Vlaamse of provinciale gemiddelde, de referentieregio of vergelijkbare besturen. Bovendien kan interne informatie ook 'zachte' elementen omvatten, zoals percepties van de organisatiecultuur of de uitdagingen bij het invullen van vacatures. Informatie vanuit de organisatie is van vitaal belang voor het identificeren van (oorzakelijke) verbanden, het signaleren van eventuele problemen en het vinden van mogelijke oplossingen.